
Een van de voordelen van digitale spiegelreflexcamera's is dat objectieven uitgewisseld kunnen worden. Maar welk objectief is voor welke fotografietak geschikt?
Let op: Een aantal dslr's zijn zogenaamde "crop-body" camera's. Dit betekent dat de sensor niet de grootte heeft van een 35mm camera.
De Canon EOS 400D heeft bijvoorbeeld een crop-factor van 1.6. Dit betekent dat de brandpuntsafstand van een objectief dat in combinatie met die camera een 1.6 keer zo lange brandpuntsafstand krijgt. Een 50mm objectief geeft dan het beeld van 80mm en een 200mm objectief gedraagt zich als een 340mm.
Dit komt omdat bij een kleinere sensor niet al het beeld wat achter "uit het objectief komt" op de sensor komt, maar alleen een gedeelte uit het midden.
Hieronder een kleine opsomming van veelgebruikte brandpunten, zoals ze op een "full-frame" camera, een camera met een sensordiagonaal van 35mm, eruit zien en waarvoor ze meestal gebruikt worden:
35mm en kleiner:
architectuurfotografie, sportfotografie, geeft groot beeld van wat er om de camera heen gebeurt, al helemaal als een "fish-eye" objectief wordt gebruikt. Is bij fotojournalisten populair in combinatie met een tele-lens, zoals een 200mm.
50mm:
"standaard objectief" Kan voor van alles gebruikt worden, bijvoorbeeld groepsfoto's tot 5-6 personen, met deze brandpuntsafstand heb je een redelijk groot zichtveld.
85mm:
Uitstekende portretobjectief. Mensen zien er natuurlijker uit dan bij kleinere brandpuntsafstanden, omdat het verschil in afstanden tussen bijvoorbeeld neus-camera en oor-camera kleiner is als je verder van de camera afstaat. Ook is de afstand tussen fotograaf en model goed.
135mm:
Een objectief dat neigt naar tele-objectief. Wordt niet meer veel gebruikt, is net als 85mm goed te gebruiken voor portretten.
200mm:
Sportfotografie, meestal de langste brandpuntsafstand die fotojournalisten gebruiken.
400mm en groter:
Natuurfotografie, paparazzi(?) of bij sporten waar het onderwerp relatief ver weg is, bijvoorbeeld golf.
Bij het uitzoeken van een objectief kan je kiezen uit een zoom-objectief (bijvoorbeeld een Nikon 18-200 f3.5-5.6) of eentje met een vaste brandpuntsafstand (bijvoorbeeld een Canon 50mm f1.4), ook wel prime-objectieven genoemd.
Nu ziet het er op de eerste blik heel interessant om een objectief met een groot bereik aan brandpuntsafstanden te nemen, zoals bijvoorbeeld een 18-200mm in plaats van eentje met maar 1 brandpuntsafstand.
Hieronder de voor- en nadelen van versus zoomobjectieven
+ Goedkoper: Een Canon 50mm f1.8 kun je al voor 90-100 euro kopen
+ Snelheid: Prime-objectieven hebben een groter maximaal diafragma, waardoor je bij dezelfde hoeveelheid licht een snellere sluitertijd kunt gebruiken, en ook een kleinere scherptediepte krijgt (iets wat men over het algemeen erg mooi vindt, de aandacht wordt meteen naar het onderwerp getrokken).
+ Beeldkwaliteit: Prime-objectieven hebben over het algemeen minder last van lensafwijkingen zoals chromatische abberatie. Ook zijn zoomlenzen over het algemeen iets minder scherp, hoewel dit verschil aan het afnemen is.
- Flexibiliteit: Je bent gebonden aan 1 brandpuntsafstand. Dit is een voordeel die groot genoeg voor veel mensen is om uitsluitend met zoomlenzen te werken.
Ikzelf maak ook veel gebruik van zoom-objectieven, zoals een Canon 24-70 f2.8L maar ook een Canon 85mm f1.2L, dus een objectief met een vast brandpuntsafstand gebruik ik graag.
Meer informatie staat op: http://nl.wikipedia.org/wiki/Brandpuntsafstand

Geen opmerkingen:
Een reactie posten